1. Nog maar weinig scholieren doneren bloed. 2. Helga Reuter is bewust op zoek naar jongeren boven de 18. 3. Fabian Westen wil als donor graag een familielid helpen. 4. Na een intakegesprek met een arts kun je als donor beginnen. 5. Het afnemen van het bloed duurt een kwartier. 6. Per keer doneert Fabian een liter bloed. 7. Na het doneren zelf rust Fabian nog 10 minuten uit. 8. Per dag zijn er in Duitsland 50.000 bloeddonaties nodig. 9. Bloed kan niet kunstmatig worden gemaakt. 10. De scholieren zijn positief over de bloeddonatie-actie.
Pauzeren
Inleveren
juist
onjuist
Opdracht 6 | Begrijpen wat er in alledaagse conversatie wordt gezegd
Bekijk het fragment Blutspende en bepaal of de beweringen juist of onjuist zijn.
Sluiten