Hoe was jij zelf als docent?
‘Vroeger was ik een niet al te beste leerling. Het Nederlandse onderwijssysteem paste niet bij wie ik was. Dat heb ik meegenomen in mijn docentschap. Er zijn verschillende manieren waarop je kunt leren: je kunt de Route du Soleil nemen of via achterafweggetjes gaan. Via de Route du Soleil ga je heel snel. Via achterafweggetjes doe je er langer over, maar heb je veel meer gezien en heb je veel meer kennis en ervaring opgedaan. Je moet bij je leerlingen duidelijk maken dat het niet erg is om er iets langer over te doen om bij je einddoel te komen.’
Mis je het docentschap?
‘Ik mis de interactie met mijn studenten en leerlingen enorm. Maar nu heb ik interactie met docenten. En goed onderwijs staat of valt met de docent. Dus ik ben nog steeds bezig met het verbeteren van onderwijs en het helpen van studenten en leerlingen. Want we hebben het materiaal en de middelen die studenten en leerlingen verder kunnen helpen. En als je die middelen hebt, is het zeer zinvol om die zo goed mogelijk uit te leggen of mensen uit het werkveld erover in te lichten, zodat zij er ook daadwerkelijk resultaat mee kunnen boeken.’
Je geeft docenten voorlichting over onze methodes Nederlands. Wat vind je van ons aanbod?
‘We hebben een enorm aanbod aan oefeningen en lesmateriaal. Onze methodes zijn heel toegankelijk en uitgebreid. Dat is een voordeel, want de docent zit nooit zonder hulpmiddelen. Ik kan meer duidelijkheid geven in welk lesmateriaal de docent kan gebruiken en waar die dat vindt.’
‘Ook de ontwikkeling van de digitale mogelijkheden vind ik fantastisch: de methodes die je in Studiereader maakt, de lesplanners, het inzicht in de voortgang van je studenten of leerlingen. Ik was altijd behoorlijk tegen die digitalisering, want ik was bang dat ik vervangen werd door een systeem. Maar je hebt juist veel meer tijd voor de individuele student of leerling, omdat je meer effectieve leertijd overhoudt. Daarnaast denken onze methodes aan heel veel kleine details.’
Kun je daar een voorbeeld van noemen?
‘Wat ik bijvoorbeeld heel mooi vind aan Starttaal Compact is dat er boven een opdracht aangegeven staat hoeveel tijd je ervoor nodig hebt. Dat is een gouden zet. Veel studenten en leerlingen maken een opdracht snel af, maar als erboven staat dat je er veertig minuten voor kunt uittrekken, zijn ze zich ervan bewust dat er echt iets meer wordt gevraagd dan een simpel antwoord.’